Spring naar hoofd-inhoud

Meertaligheid Fryslân in kaart

De Fryske Akademy gaat in de week van 9 februari van start met een groot taalsociologisch onderzoek op verzoek van de provincie Fryslân. Bij benadering 10 % van de Friese huishoudens wordt in de komende dagen benaderd met de vraag om hieraan deel te nemen. Met dit breed opgezette onderzoek wordt de actuele meertaligheidssituatie in de provincie Fryslân in kaart gebracht.

Dertigduizend inwoners van Fryslân van 12 jaar en ouder worden met een brief benaderd voor het deelnemen aan een online survey, een korte vragenlijst die op internet kan worden ingevuld. Voor deze steekproef wordt gebruik gemaakt van een adressenbestand van de provincie Fryslân. Daarnaast zullen er gestructureerde interviews worden uitgevoerd met zo?n 250 Friestalige respondenten.

Met de survey Taal yn Fryslân: de folgjende generaasje gaat de Fryske Akademy het gebruik van het gesproken Fries in het dagelijks leven van de inwoners van Fryslân in kaart brengen. Daarnaast wordt de taalhouding en de opvattingen over het eigen en andermans taalgebruik en het leren van het Fries onderzocht.

Een derde aspect dat in kaart wordt gebracht is de zogeheten taalvariatie: de verscheidenheid in varianten van het hedendaagse Fries en de geografische spreiding daarvan. Hiermee zal een indruk worden verkregen van de afstand tussen de verschillende varianten van het dagelijks gebruikte Fries en het geschreven Fries.

 

Kenmerken van opeenvolgende generaties

Fryslân is de enige regio in Nederland waar al bijna een halve eeuw lang structureel en periodiek onderzoek naar de taalsituatie wordt gedaan. Het onderzoek naar de Friese samenleving als meertalig laboratorium is zowel theoretisch als methodologisch van groot belang voor het onderzoek naar meertaligheid in Europa.

Het grootschalige survey-onderzoek bouwt voort op een traditie die de Fryske Akademy inzette met het onderzoek van Lieuwe Pietersen (1967-69) naar lees- en praatgewoonten in Fryslân. Na het onderzoek van Pietersen volgden de onderzoeken Taal yn Fryslân (1980) en Taal yn Fryslân op 'e nij besjoen (1994).

De toen verzamelde gegevens zijn nog bewaard gebleven en met de quick scans van de provincie Fryslân uit 2007, 2008 en 2011 is een reeks van data beschikbaar die vergeleken kunnen worden met de nieuwe data van ons onderzoek. Hiermee kunnen de ontwikkelingen in de Friese taalbeheersing en taalhouding over een langere periode in kaart worden gebracht.

Met Taal yn Fryslân: de folgjende generaasje wordt zowel een wetenschappelijk als een maatschappelijk belang gediend. Het biedt een unieke basis voor het wetenschappelijk bestuderen van al of niet positieve ontwikkelingen in de Friese taalsituatie over een periode van bijna vijftig jaar, maar ook de kenmerken van opeenvolgende generaties en de effecten van factoren als taalbeleid, taalhouding en onderwijsprogramma's.

Daarnaast zijn de uitkomsten van de survey van direct en groot belang voor de verschillende overheden met verantwoordelijkheid voor de Friese taal en cultuur. Op basis van de gegevens over de actuele taalsituatie in Fryslân zullen vervolgstappen in het provinciale en gemeentelijke taalbeleid worden geformuleerd.

 

Adviescommissie en klankbordgroep

De coördinatie van het project is in handen van socioloog/methodoloog dr. Edwin Klinkenberg en neerlandicus/frisist en UCF-promovenda drs. Nika Stefan. Voor de provincie Fryslân zal naar verwachting in het voorjaar 2016 een eindrapport worden opgeleverd. Het gehele onderzoeksproject loopt tot in 2017.

De kwaliteit van het onderzoek wordt bewaakt door een wetenschappelijke adviescommissie bestaande uit taalsocioloog Durk Gorter (Universiteit van Baskenland), taalwetenschapper Roeland van Hout (Radboud Universiteit), socioloog Rudi Janssens (Vrije Universiteit Brussel) en hoogleraar Friese taal- en letterkunde Goffe Jensma (Rijksuniversiteit Groningen). Daarnaast is er een maatschappelijke klankbordgroep van belanghebbenden gevormd uit verschillende lagen van de Friese samenleving.