Spring naar hoofd-inhoud

Aanmoedigingscampagne 'Praat mar Frysk, ek mei nije Fryskpraters'

Mensen die het Fries op latere leeftijd hebben geleerd, zogenaamde ‘nije Fryskpraters’, gebruiken deze taal maar heel sporadisch, en dat heeft deels te maken met de taalhouding van de traditionele sprekers. Dat bleek vorig jaar uit onderzoek dat Ruth Kircher van het Mercator Kennissintrum foar meartaligens en taallearen en Mirjam Vellinga van de Afûk samen gedaan hebben. Die onderzoeksuitkomsten waren reden voor het opzetten van een aanmoedigingscampagne die aan de ene kant nieuwe Friessprekers stimuleert om door te zetten, maar daarnaast ook de traditionele sprekers oproept om dat veel meer te steunen.

 

Online campagne

Bewustwording, begrip en complimenten zijn de hoofdingrediënten van de online campagne die vandaag via de verschillende socialmediakanalen van Praat mar Frysk van start gaat. Nieuwe taalleerders voelen zich vaak minder op hun gemak bij het gebruiken van de taal in gesprekken met traditionele sprekers. “Nije sprekkers moatte in drompel oer”, zegt Mirjam Vellinga, projectleider Taalpromoasje bij de Afûk. “Dat is altyd sa ast in nije taal sprekst. It is ek wennen om dysels oare klanken útsprekke te litten.”

Maar naast de taalkundige onzekerheid speelt ook de houding van de moedertaalsprekers, de traditionele sprekers, een rol: “Memmetaalsprekkers ferbrekke har bygelyks gau en geane oer op it Nederlânsk.” Dat helpt nieuwe taalleerders niet en werkt vaak ook nog eens erg demotiverend. De moedertaalsprekers daarentegen hebben juist het gevoel dat het onfatsoenlijk is om de minderheidstaal (het Fries, in dit geval) te spreken als er mensen bij zijn die dat niet of minder goed verstaan. “As minsken har dêr bewust fan binne, dan kinne se har gedrach feroarje”, zegt Vellinga.

 

Tip of aanmoediging

De campagne richt zich daarom niet alleen op de nieuwe Friessprekers, maar vooral ook op de moedertaalsprekers van het Fries. De campagne bestaat uit een aantal korte video’s van moedertaalsprekers van het Fries en van nieuwe Friessprekers: wat betekent het Fries voor hen? Wat vinden ze van de nieuwe taalleerders, en andersom: wat zijn hun ervaringen met de moedertaalsprekers? Alle video’s eindigen met een tip of aanmoediging.

Daarnaast worden mensen opgeroepen om zelf ook een aanmoediging op te nemen of te schrijven voor alle mensen die nu bezig zijn Fries te leren of proberen meer Fries te spreken, de nieuwe Friessprekers. Want: “In lytse oanmoediging, in komplimint en wat geduld wurde hiel bot op priis steld, benammen troch minsken dy’t it Frysk oan it learen binne. Kinst in taal allinnich mar leare ast dy faak om dy hinne hearst en brûke kinst. Dat is by in lytsere taal as it Frysk net altyd fanselssprekkend. Dêr hawwe wy inoar by nedich”, aldus Ruth Kircher, zelf een nieuwe Friesspreker en onderzoeker bij Mercator/Fryske Akademy.

Nieuwe Friesleerders vormen een belangrijke groep als het gaat om het behoud van het Fries. Op dit moment is een derde van de Friessprekers van huis uit niet Friestalig. Dat zijn 150.000 mensen. Een hele grote groep dus.

 

Meer informatie

Informatie over de campagne Praat mar Frysk, ek mei nije Fryskpraters is hier te vinden bij Praat mar Frysk.

De projectpagina vindt u op de website van Mercator: 'Nije sprekkers fan it Frysk: Promoasje fan it learen en brûken fan de taal om refitalisaasje te stimulearjen'

Het project 'Nije Fryskpraters' is een samenwerking tussen het Mercator Kennissintrum foar Meartaligens en Taallearen/ Fryske Akademy en de Afûk.